17 juli: Weg van de natuur – shop till you drop!

Het regent. Alles is nat en onder die leuke regenwoudbomen op de camping blíjft het nat. Wegwezen dus. We werken een yoghurtje naar binnen als ontbijt en om 09.00 uur zijn we van de camping af. Het plan is om door het Sunshine Coast Hinterland te rijden. De Australiërs hebben het slim bedacht: ze leggen een nieuwe weg aan en de oude weg geef je aan als toeristische route! Heel handig. De route gaat een stuk het binnenland in, een bergachtige weg met ook hier weer veel mooie uitkijkposten.
Omdat we erg vroeg zijn laten we het eerste stadje Maleny, dat in de gids beschreven wordt als schilderachtig bergdorp, links liggen en rijden nog even door. Wat we eigenlijk nooit doen, doen we nu ineens wel: we vertrouwen meer op de reisgids dan op onze eigen waarneming en zo gebeurt het dus dat we door een leuk plaatsje rijden zonder te stoppen omdat er in de gids staat dat het volgende dorp leuker is.
Daar is overigens ook een waterval waar we heen willen.
Het plaatsje, Mapleton, stelt echter geen bal voor en bovendien gaan we ook nog bij de verkeerde tent koffie drinken. Onderweg heeft Ariaan gelezen dat aan het eind van de route een stadje ligt waar iedere woensdag en zaterdag een grote markt is met veel kramen met lokale handwerkspullen.
En ineens weten we het: daar moeten we zijn. Het marktslentervakantievirus heeft ons besprongen en heel opstandig laten we de waterval lekker in z’n eentje naar beneden vallen. Heeft ie ons echt niet bij nodig. We zetten koers naar Eumundi en gaan markten!

Shop till you dropDat blijkt een goede ingeving. Er is inderdaad een gezellig drukke markt met veel kramen met handgemaakte spullen. Veel restaurantje en eettentjes. Leuk! We kopen leuke souvenirs en ik krijg mijn verjaardagscadeautje van Ariaan.
Met veel verkopers hebben we leuke gesprekken, als ze horen dat je uit Nederland komt zijn ze meestal gelijk enthousiast.
De markt stopt om 14.00 uur en wij rijden verder richting Noosa Head, een van de stranddorpen aan de Sunshine Beach. In tegenstelling tot bv Surfers Paradise is dit niet zo’n uit de krachten gegroeid dorp.

beachbeauty on the beachcamping

Ook hier slenteren we even door de winkelstraat en over het strand. Drinken een Moccha en een Long Black en rond vier uur zoeken we een camping.
Die vinden we een paar kilometer verderop. In de campinggids staat dat er een supermarkt in de buurt is dus we slaan alle supermarkten die we onderweg tegenkomen over.
Eenmaal bij de camping aangekomen is er in geen velden of wegen ook maar iets te bekennen wat op een supermarkt lijkt. Laat staan dat er een restaurant in de buurt is.
Geen zin meer om weer ergens heen te rijden besluiten we om ons avondmaal maar te doen met de noten, de wijn, de blauwschimmelkaas en de toastjes die we nog hebben. Is helemaal prima!
We hebben een erg nat maar mooi plekje onder de palmbomen.

Morgen gaan we verder. Een heel stuk rijden we naar boven, het doel is Mackay ongeveer 800 km. Dat halen we niet in 1 keer dus ergens zullen we wel overnachten.