Maandag 11 juli 2011

030-2011-07-11 Etappe Bad Liebenzell naar HaimingWe hebben ons record verbroken! Al 6 dagen hebben we bij de camper gegeten en zijn gisteren voor het eerst pas een keer uit eten geweest. Na het restaurant hebben we een fles wijn gedronken met de overburen, een stel met twee kleine kinderen. Was leuk en goed voor ons Duits. Toen zij hoorde dat ik psychodynamisch therapeut ben stortte zij in no-time haar hele hart uit en bleek er een onzekere en gestresste moeder en huisvrouw te zitten. Maar wel aardig. En een hart onder de riem helpt.
Om 09.30 uur waren we op weg, deze keer geen gedoe met lozen en betalen. Dat hadden we allemaal al gedaan. Ook Garmin hield zich koest en deed gewoon wat hem opgedragen was.
We maakten een mooie mix tussen autobahn en binnendoor. De minst snelle route was overigens de autobahn: eerst een file vanwege een ongeluk en daarna de gebruikelijke file bij een bekend stuk steile-weg-om-een-berg-heen. Filerijden tegen een berg op met een vrachtwagen: Ik ben hoe dan ook vandaag weer met vlag en wimpel geslaagd voor de hellingproef.
We kozen ervoor om de ‘oude’ route naar Oetz te nemen, langs de Weissensee (nee niet die waar altijd geschaatst wordt, er zijn er kennelijk meerdere die zo heten).
031-2011-07-11 Opvallende verschijningOp iedere plaats waar wij stoppen om te tanken of te pauzeren, maar overigens ook op de campings, hebben wij bekijks met onze combinatie. Er is altijd wel iemand die de boel eens even van dichtbij wil bekijken. Sommigen lopen quasi nonchalant toevallig langs (terwijl hun auto aan de andere kant staat) anderen lopen er een paar rondjes om heen, bukken, kijken nog eens dichterbij en kijken bij het weglopen nog eens om. En wij kijken van een afstandje toe.
De Alpen naderend valt het mij ineens op wat ze met ‘kaalslag’ bedoelen. Je kunt duidelijk zien dat er hele stukken bos zijn neergehaald om er skipistes van te maken. Net of iemand met een reuze tondeuse in de weer is geweest maar zich halverwege bedacht heeft “laat maar zitten, geen zin meer”. En de rest van het bos staat dan als een soort stekeltjeshaar nog overeind. Logisch dat milieubewegingen zich er druk om maken.
Het is grappig om hier in de zomer te rijden, alles ziet er anders uit en er vallen ons ook dingen op: veel restaurants langs de weg bijvoorbeeld. Die zie je nu omdat er terrassen buiten zichtbaar zijn. Parkeerplaatsen omdat er mensen zitten te picknicken. ’s Winters zie je dat niet.
We kruipen de Fernpass over. Het gaat gesmeerd maar langzaam. We hebben hem al zo vaak gereden, 2 keer per jaar, vijftien jaar achter elkaar en meestal met sneeuw. Feitelijk stelt die hele pas niks voor, zeker niet in vergelijking met bijvoorbeeld de Pyreneeën of de passen in de Mani, Griekenland.
Wat de Fernpass lastig maakt is dat het er altijd zo vreselijk druk is. Veel auto’s, nog veel meer motoren maar ook landbouwwerktuigen die omhoog kruipen.
We besluiten om naar de camping in Haiming te gaan en niet helemaal het dal door te rijden naar Hüben. We worden op de camping verwelkomd door een blije Vacance du Soleil vakantiekracht die heel popi jopi gaat lopen doen en allemaal voor de hand liggende vragen stelt. (“Dus jullie hebben motoren bij je?” terwijl hij er naar staat te kijken) Ik wordt er heel lacherig van en geef het jong flauwe antwoorden. Ach, hij doet zijn best.
Morgen gaan we naar Oetz. De berg op en wandelen. Naar Mali, koffie drinken. Eten bij Heiner. Hallo zeggen bij Ida. En 20 tubes Franz Branntweingell kopen voor Knoops & Co. Kunnen ze met een gerust hart weer van alles kneuzen en verrekken. En o ja, een steen ruilen voor Desiree bij ‘ons’ sieradenwinkeltje. ’t Is net of we thuis zijn.

032-2011-07-11 Alpen in zicht  033-2011-07-11 langs de Weissensee