26 juli: Route door en naar Tableland

Hoewel wij het enorm naar ons zin hadden op de camping in Mission Beach moesten we toch weer de camper inrichten voor een reis naar de Tablelands. Als eerste kwam onze Zwitsers-Australische vriend Jurg ons gedag zeggen. Daarna reden me met de camper langs Rob en Maureen. Heerlijke mensen die we zeker nog zullen contacten als we in Nederland zijn. Na een uitgebreid afscheid vertrokken we in de richting het Noorden. Ons plan was om eerst rustig een aantal watervallen op te zoeken en vervolgens bij Millaa Millaa (is echt 2x achter elkaar geschreven) Nel, Frank en hun kleinkinderen te ontmoeten. Daar zouden we verder kijken hoe we verder gaan.

0726-1De route er naar toe bestond uit twee onderdelen: The Canecuttersway en de Tablelandroute. The Canecuttersway was een route met prachtige slingerweggetjes, mooie uitzichten en kilometers suikerriet. Onze eerste stop was een stop bij het Paronelle Park. Een schitterend aangelegd park. Het park is gemaakt door José Paronella. Een Spanjaard die zijn heil zocht in Australië, diverse suikerplantages opkocht, opknapte en verkocht. José kocht met het verdiende geld een stuk grond bij een prachtige waterval en ging aan het werk om zijn droom te vervullen: Een kasteel met een grote balzaal die ook geschikt is als bioscoop.

0726-2José wilde iedereen laten genieten van dit prachtige paradijs en maakte er een soort ‘pretpark van’. Zonder attracties. De attractie was het park zelf en de ijsverkoop. Kinderen kochten daar vaak een ijsje van het geld dat zij uit de fontein haalden. De grap is dat José vaak de fontein zelf vulde met geldstukken. Deze man was zijn tijd ver voor. Hij bouwde in de waterval een waterkrachtcentrale waar hij electriciteit mee opwekte. Het park heeft vele doorkijkjes die uitzicht gaven op de prachtige waterval. Het kasteel is inmiddels een ruïne door de vele overstromingen die er zijn geweest. Momenteel vinden er vaak trouwerijen plaats. Het park is nu in bezit van de familie Evans die er een goed lopend commercieel bedrijf van heeft gemaakt. In het park liepen we continu met een opgestoken paraplu, omdat het flink regende.

0726-3We zetten onze reis voort naar Millaa Millaa. Maar we stoppen even in het dorpje verderop waar de suikerriettrein door de hoofdstraat rijdt. We drinken bij een gezellig cafeetje een bak moccha en raken aan de praat met de eigenaar. We hebben het over Nederland, woofers, the rainforest, etc. We betalen en geven een klein fooitje. Tja, en dan wil de Australiër iets terug doen. Dus wij kregen vier bananen mee. Hele kleintjes die er een beetje vies uitzagen. We zeiden: “Thank You!!!” en dachten: “Die zullen wel heeeeel smerig zijn”. Een paar kilometer verderop stopten we voor een kleine wandeling van een paar honderd meter naar een waterval. Echt een hele mooie. We besloten een stukje van de bananen te proberen, met de bedoeling om ze in een afvalbak te gooien. Maar wat een verrassing was het toen we een hap namen. Die banaantjes bleken echt super lekker te zijn. Heel smaakvol. Dat was een mooie meevaller.

0726-4De volgende stop was in Millaa Millaa waar we Nel, Frank en hun kleinkinderen ontmoetten. Het regende nog steeds en de temperatuur was ook niet om over naar huis te schrijven. In een gezellig restaurantje namen we gezamelijk een lunch en besloten niet naar het huis van Hanneke in Ravenshoe te gaan. In plaats daarvan gingen we richting Cairns en zouden onderweg een camping zoeken.

Moe van de dag en een beetje ontdaan door het slechte weer, streken wij neer bij het plaatsje Malanda. Een stadje met een soort ‘image’ uit het wilde westen. Opvallend was dat daar evenveel Aboriginals en blanken rondliepen. Het regende nog steeds. Voordat we de camper op de camping zetten, zijn we eerst een korte wandeling gaan maken door een rainforest park. We zouden weer de Platypus kunnen zien, maar zover kwam het niet. Wel een flinke hoeveelheid waterschildpadden. Nadat we de camper op z’n plek gezet hadden liepen we naar het centrum van Malanda (nog steeds in de stromende regen) om een restaurant te zoeken. Het Malandahotel zou geweldig zijn, volgens de campingmensen. Nou …… dat weten we nog steeds niet, want we moesten nog een uur wachten voor het restaurant open ging. Wel een prachtig gebouw overigens. Maar we besloten een snackbar in te duiken en een hamburger te nuttigen. En die smaakte prima!

Moe en voldaan baggerden we door de regen naar de camper. Bah, wat een vies weer. Er zat maar één ding op: “Oogjes dicht en snaveltjes toe. Welterusten”